Mohammad Mostafaei kwam als advocaat op voor de rechten van minderjarige verdachten en anderen die tot de doodstraf door steniging zijn veroordeeld. Vaak was het werk van Mostafaei succesvol: hij zou naar eigen zeggen 18 van 40 tot de dood veroordeelde minderjarigen vrij hebben gekregen over de laatste jaren. Zijn bekendste cliënt was Sakineh Mohammedi Ashtiani, wiens steningingsdood na hevig internationaal protest in 2010 werd uitgesteld.
Naast zijn advocatenwerk publiceerde hij in de Iraanse media en houdt hij een weblog bij over de mensenrechtensituatie in Iran. Vanwege dit werk moest hij met zijn gezin vluchten. Hij kreeg asiel in Noorwegen en probeert vanuit Oslo zijn werk voort te zetten.
Hij vluchtte nadat op 24 juli 2010 een arrestatiebevel tegen hem was uitgevaardigd. Fereshteh en Farhad Halimi, zijn vrouw en zwager, waren in de avond van 24 juli 2010 opgepakt in de buurt van Mostafaei’s kantoor in Teheran om de arrestatie van Mostafaei af te dwingen. Zij werden vrijgelaten toen bleek dat Mostafaei in het buitenland zat.
Mostafaei zat eerder enkelen dagen vast in 2009 tijdens de nasleep van de verkiezingen. Zijn arrestatie kon ook verband hebben met een optreden als advocaat van Sakineh Mohammedi Ashtiani, wiens steningingsdood werd uitgesteld in 2010. Van haar werd begin augustus 2010 een ‘bekentenis’ op de Iraanse staatstelevisie uitgezonden, welke zij onder druk zou hebben afgelegd, aldus Mostafaei op een persconferentie vanuit Oslo. U kunt hier een NOVA-interview met Mostafaei zien.