China UPR: aandacht voor onderdrukking advocaten
Op 22 oktober zal de VN Mensenrechtenraad in het kader van de Universal Periodic Review (UPR) China bespreken. Samen met Lawyers’ Rights Watch Canada heeft L4L in maart van dit jaar een gezamenlijk rapport ingestuurd.
In de samenvatting van alle door belanghebbenden ingestuurde rapporten, opgesteld door de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, wordt het gezamenlijk rapport aangehaald (zie paragraaf 32 en 33, JS6). De samenvatting refereert bijvoorbeeld aan de ernstige onderdrukking van advocaten die gevoelige strafzaken oppakken, zoals die tegen Falun Gong aanhangers, Tibet-activisten, landrechten-activisten en HIV-slachtoffers.
Verder vragen andere rapporten onder meer aandacht voor de eed die advocaten met een vergunning in 2012 moesten af leggen, waarmee de loyaliteit aan de Communistische Partij boven die aan hun cliënten werd gesteld. Ook wordt China opgeroepen om wetten te herzien zodat garanties worden gegeven dat advocaten hun werk kunnen doen, bijvoorbeeld met betrekking tot de toegang tot hun cliënten en dossierstukken en mogelijkheden om bewijsmiddelen te verzamelen.
L4L volgt de behandeling van de UPR en de reactie van China op de aanbevelingen op de voet.