Birma L4L geeft financiële steun aan twee advocaten
Twee advocaten uit Myanmar (Birma) vroegen L4L in september 2009 om financiële steun. Na het uitzitten van een gevangenisstraf van vier maanden hadden ze te horen gekregen dat hun advocatenvergunning was ingetrokken.
Die gevangenisstraf hadden ze opgelopen omdat ze in een strafzaak ter zitting aan de rechtbank lieten weten dat hun cliënten hadden besloten de advocaten van hun taak te ontheffen omdat deze verdachten niet langer geloofden dat ze bij de rechtbank konden rekenen op een eerlijk proces. De rechters weigerden dat verzoek op te laten tekenen in het proces-verbaal. Toen de advocaten daarop bleven aandringen, werden ze ingerekend voor contempt of court. Bovenop die gevangenisstraf volgde dus een administratieve sanctie, namelijk het intrekken van de vergunning om het advocatenvak uit te oefenen, een beslissing waartegen geen beroep mogelijk was.
Er was deze Birmese advocaten veel aan gelegen hun kantoor, met een aantal medewerkers, draaiende te houden en daarom vroegen zij ons om financiële steun. Die hebben we hen gegeven nadat we bij een Aziatische Mensenrechtenorganisatie hadden geverifieerd of het verhaal van de advocaten klopte. Dat was het geval, het bleek hier om twee mensenrechten-advocaten te gaan met een indrukwekkende staat van dienst. Nu zijn in staat gesteld om hun kantoor voort te zetten.